Nederlandse zomers kunnen behoorlijk droog verlopen en dat is bepaald geen goed nieuws voor planten en gewassen. Veel tuinen en akkers hebben in de afgelopen jaren dan ook de nadelige gevolgen ondervonden van dit gebrek aan hemelwater en dus wordt er vanalles gedaan om de droogte niet te veel invloed te laten krijgen op het leven in de tuin. We helpen je graag op weg met enkele tips.

Leg een beregeningssysteem aan

Planten besproeien uit de kraan is een tijdrovend en op den duur milieuonvriendelijke klus. De kraan staat alsmaar open en dat ga je zeker merken aan het einde van het jaar op de rekening van het waterschap. Een betere oplossing, is het aanleggen van een beregeningsinstallatie. Hierbij wordt een beregeningspomp aangesloten op leidingen, die het water naar de sproeiers vervoeren. Dat water kan door de pomp uit natuurlijke bronnen gehaald worden. Denk hierbij aan sloten, meertjes, een vijver of zelfs grondwater. Een beregeningsinstallatie kan zelfs helemaal geautomatiseerd worden, zodat je planten precies krijgen wat ze nodig hebben, op de momenten dat dit telt. Een beregeningssysteem lijkt een vrij drastische ingreep, maar je zal er vele jaren zorgeloos plezier van hebben.

Zorg dat de wind geen vrij spel heeft

Door windkeringen te plaatsen in je tuin, zorg je dat de wind gebroken wordt. Wind kan ervoor zorgen dat de aarde sneller uitdroogt en het vocht in de planten sneller verdampt. Haagplanten kunnen hier tegen beschermen en bieden tegelijk ook de broodnodige schaduw. Heb je niet genoeg ruimte om haagplanten neer te zetten, dan kan je ook denken aan het plaatsen van wilgentenen, waar klimplanten tegenaan groeien.

Kiezels en schelpen voorkomen uitdroging van de ondergrond

Kiezels en schelpen zijn waterdoorlatend en voorkomen dat de aarde die eronder ligt uitdroogt door de zon, of de wind die er overheen blaast. Grindpaden, of kiezels en schelpen rondom stammen van bomen of stelen van bloemen, houden het vocht goed vast en houden de aarde koel. 

Zorg voor bodembedekkers

Door bodembedekkers te planten, zorg je er eveneens voor dat de grond minder snel uitdroogt. Bodembedekkers groeien het beste in een schaduwrijke omgeving en als je ze onder hoge planten en struiken plaatst, is dat precies wat ze krijgen. Uiteindelijk dient dit hetzelfde doel als de kiezels en het grind: het voorkomt dat de aarde direct komt bloot te staan aan volle zon of wind en zorgt er daarmee voor dat die aarde het vocht goed vasthoudt, waardoor de planten er optimaal van kunnen profiteren.

Laat de schoffel even staan

Ben je van plan om in een droge periode even lekker met de schoffel aan de slag te gaan? Wacht daar even mee. Een droge grond kan maar beter zo goed mogelijk met rust gelaten worden, omdat water in een geschoffelde grond sneller verdampt. In plaats van het schoffelen, kan je beter juist wat compost over de grond strooien. Dat voedt de planten en houdt de bodem ook lekker koel. En zoals inmiddels wel duidelijk is; koele grond houdt vocht vast.